Leuke boer spreekwoorden gezegden met de betekenis zoals: Een boer steekt altijd een arm of een been uit (Je kan altijd zien dat iemand een boer is).
Zo leert men de boer de kunst af.
Zo probeert men achter een geheim te komen.
Wat de boer niet kent, dat vreet hij niet.
Hij staat niet open voor nieuwe dingen.
Hij lacht als een boer die kiespijn heeft.
Hij lacht voor de vorm mee maar vindt het niet echt leuk.
Van die boer wil hij geen varkens.
Met die man wil hij niets te maken hebben.
Als de vos de passie preekt boer pas op je kippen.
Vertrouw nooit een huichelaar.
De boer op de edelman zetten.
Eerst iets lekkers eten en daarna iets gewoons.
Op de boer wonen.
Buiten de stad wonen.
Wat weet een boer van saffraan.
Je moet bij een gewoon man niet met vreemde dingen aankomen.
De boer opgaan.
Het land ingaan voor zaken.
De boer moet weten wat de boter kost.
Je moet als verkoper een je prijzen bekend maken zodat mensen een bod kunnen doen.
De man een vogel de boer een gans.
Iemand die het verdient kun je ook wat meer geven.
Elk zijn meug zei de boer en hij at vijgen.
Iedereen heeft zijn eigen smaak.
Ieder zijn meug zei de boer en hij braadde boter op.
Iedereen heeft een andere smaak.
Hij kijkt de paarden in het gat.
Hij werkt bij de boer.
Twaalf boeren en een hond zijn dertien rekels.
Boeren zijn ongemanierd en koppig.
Een snijder heeft maar één darm.
Een kleermaker eet niet zoveel als een boer.
Een boer waagt wel een kers.
Om te kunnen winnen moet je soms iets durven.
Hij laat de boeren dorsen.
Hij zal zich er niets van aantrekken.
In februari klagen de boeren het minst.
Boeren hebben altijd wel iets te klagen maar het gaat hen nog niet zo slecht.
Beter mest in het land dan stuivers in de hand.
Een boer moet niet op mest bezuinigen omdat deze investering zich uiteindelijk terug betaald in de opbrengst.