Spreekwoorden over koffie en thee zoals: Ik hou niet van zoveel suiker in mijn koffie (Ik hou er niet van om zoveel te moeten toegeven).
Dat is geen zuivere koffie.
Dat klopt niet.
Dat was andere koffie.
Dat veranderde de zaak.
Een stokje in de thee brengt blijde boodschap mee.
Als er onverwachts een stokje in de thee zit dan brengt dit geluk.
Door die koffie kan men de gazet lezen.
Dat is slappe koffie.
Morgen bij de koffie.
Nooit.
Het is thee met witte puntjes.
Het is niet zo goed.
Op de koffie komen.
Teleurstelling of zonder afspraak ergens heen gaan.
Dat is straffe koffie.
Dat is gewaagd of geweldig.
Koffiedik kijken.
De toekomst voorspellen.
Dat is koffiedik kijken.
Dat zullen we in de toekomst zien.
Dat is zo helder als koffiedik.
Dat is niet duidelijk.
Dat is andere thee.
Dat is iets heel anders.
Boven zijn theewater zijn.
Boos, opgewonden of dronken zijn.
Een bakkie doen.
Een kopje koffie drinken.